Ds. P. Monsma

okt 232014
 

Ontmoetingsavonden  op 27-10 en 10-11 van 20.00 –22.00 uur (uiterlijk)  in Het Trefpunt

Op maandagavond 27 oktober en op maandag 10 november wordt er in het Trefpunt een ontmoetingsavond gehouden. De twee horen eigenlijk bij elkaar, maar je kunt ze ook afzonderlijk bezoeken.

Het is de bedoeling dat we op de eerste avond met elkaar gaan praten over de vraag ‘hoe we de toekomst zien’. Er zijn in de wereld de laatste tijd  nogal wat ontwikkelingen die mensen bang maken. Stel dat je last hebt van zo’n angstig en verlammend gevoel over de toekomst, wat kun je daar dan aan positiefs tegenover zetten? Wat kun je aan positiefs bijdragen?

Daarover gaan we in gesprek met behulp van foto- taal. Je pakt een  foto die iets laat zien van datgene wat je beangstigt, en je pakt een foto die verwijst naar iets positiefs, dat je helpt om je niet te laten verlammen en deprimeren, maar een stuk vrolijker door de tijd te kunnen.

Op de ontmoetingsavond van 10 november vertel ik kort iets over het bijbelboek Openbaring.  Het boek van Johannes met zijn indrukwekkende visioen van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, van tranen die worden afgewist, over doden die uit de klauwen van het kwaad en de dood worden gered.  Na de inleiding gaan we een stukje uit het boek Openbaring lezen en daarna met elkaar van gedachten wisselen wat dat visioen van licht dat de duisternis zal verjagen met ons doet en voor ons betekent.

De avonden kunnen goede voorbereiding zijn  op de laatste zondag van het kerkelijk jaar en de tijd van Advent (zie hierboven). Vanaf 19.45 uur is er koffie.

okt 232014
 

Op het grasveld tegenover ons huis liggen gele bladeren in een grote cirkel onder een boom. Andere bomen en struiken tooien zich met de mooiste kleuren. Het is herfst. De blaadjes vallen. Zilveren zonlicht sprankelt er over heen en brengt leven in het palet. Ik vind het schitterend. Maar er kan zo een storm opsteken, grauwe wolken jagen langs de lucht, koude slagregens maken de grond zompig en de bladeren waaien weg en belanden  op grote rottende  hopen.  De bomen staan in één keer kaal en grijs naar de donkere hemel te reiken. Een paar zielige blaadjes in de toppen herinneren nog aan de zomer. Maar ook zij zullen vallen. Het is niet voor niets dat veel mensen zich in de herfst en de winter geestelijk minder goed voelen. Er is steeds minder licht. De nachten worden lang en koud.  

 De herfst en winter zijn een beeld voor het leven. Want  het gevoel dat de nachten langer worden en het licht minder, kan ons ook op een andere manier beklemmen. Iedere morgen wanneer mijn wekkerradio gaat,  hoor ik over IS,  en de oorlog in Irak en Syrië. Zo ook op de ochtend dat ik deze meditatie schrijf: We sturen een paar F 16’s! En de Belgen ook!  We kunnen wat doen! Alles beter dan dat  beklemmende gevoel van machteloosheid…   Daarna vertelt de nieuwslezer over verkeersongevallen in de mist. Ebola en de Oekraïne zijn kennelijk weer een beetje uit. Maar de ellende in Afrika en aan de grens van Rusland zijn bepaald niet voorbij.  – Het nieuws lijkt vaak wel een vervolgverhaal met altijd hetzelfde liedje. Het lied van oorlogen, honger, ongelukken, ellende.

 Veel mensen zijn bang. Het duister neemt toe. Miljoenen mensen – overal ter wereld – weten niet wat de toekomst brengen zal. Dat gevoel is in een vluchtelingenkamp in Libanon en Turkije en in de streken waar ebola rondwaart wel wat anders dan hier in Noord Holland. Maar ook in onze streken weten sommige mensen niet of er de komende dagen wel voldoende eten zal zijn. Ja, ze weten dat het er niet zal zijn – en dan prangt de vraag: komt er ooit een kentering, een  verandering  ten goede? Zal er ooit een tijd zijn dat we weer grond onder de voeten hebben, een dak boven het hoofd, beschutting – en uitzicht op  betere tijden? En als je psychisch of lichamelijk lijdt en het perspectief is zoek: wanneer valt er weer licht in het donker?

Vragen als deze zijn van alle tijden. Ook in Jezus’  dagen had men er mee te kampen. Er was armoede, onderdrukking, onrecht – oorlog vaak. En ook al waren er momenten dat de dingen een keer ten goede leken te nemen, tijden van hoop – altijd weer nam ‘het oude liedjehet weer over. Het lied van een  herfst die overgaat in een koude, natte winter. – Echter verandering was er niet. Waar gaat het dan naar toe met de wereld?

Jezus sprak hierover met de mensen van zijn tijd. En hij wees op zo’n kale boom. Hij verliest zijn blad in de winter, zei Hij, maar als je goed kijkt zie je ook al knoppen. Knoppen die wachten op het voorjaar. Ja, eigenlijk verwacht die kale boom dat het weer anders worden zal, dat het warme licht het zal winnen van het donker en de kou. Onzichtbaar, onder de schors, zijn er krachten die die verwachting wekken, de krachten van geloof, hoop en liefde – die alles te maken hebben met een besef van verbondenheid met God.  Met Gods onzichtbare wereld, die in zijn liefde met alles en iedereen betrokken is, – en die mens en wereld terecht zal brengen, in vrede, in het Licht. Zelfs het kwaad wordt  door Hem ten goede gedacht,  de tranen zullen worden afgewist.

Die wereld komt ons tegemoet. Zoals zonnestralen in het voorjaar de wachtende boom. Dwars door het donker heen wordt het Licht geboren dat alles en iedereen omvat en zal omvatten. Dat vieren we straks met Advent  (=naderende komst) – de weken voor Kerst. En wie nu al door dit Licht geraakt wordt, zingt een nieuw lied. Die staat op, worden weer mens.

 

Licht, ontloken aan het donker

Licht, gebroken uit de steen,

Licht, waarachtig levensteken,

Werp uw waarheid om ons heen.

 

Licht, geschapen, uitgesproken,

Licht, dat straalt van Gods gelaat,

Licht uit licht, uit God geboren,

Groet ons als de dageraad.

 

Licht, aan liefde aangestoken,

Licht, dat door het donker brandt,

Licht, jij lieve lenteboden,

Zet de nacht in vuur en vlam!

 

(Sytze de Vries, Lied 600 uit Het nieuwe Liedboek)

okt 232014
 

Op het grasveld tegenover ons huis liggen gele bladeren in een grote cirkel onder een boom. Andere bomen en struiken tooien zich met de mooiste kleuren. Het is herfst. De blaadjes vallen. Zilveren zonlicht sprankelt er over heen en brengt leven in het palet. Ik vind het schitterend. Maar er kan zo een storm opsteken, grauwe wolken jagen langs de lucht, koude slagregens maken de grond zompig en de bladeren waaien weg en belanden  op grote rottende  hopen.  De bomen staan in één keer kaal en grijs naar de donkere hemel te reiken. Een paar zielige blaadjes in de toppen herinneren nog aan de zomer. Maar ook zij zullen vallen. Het is niet voor niets dat veel mensen zich in de herfst en de winter geestelijk minder goed voelen. Er is steeds minder licht. De nachten worden lang en koud.  

De herfst en winter zijn een beeld voor het leven. Want  het gevoel dat de nachten langer worden en het licht minder, kan ons ook op een andere manier beklemmen. Iedere morgen wanneer mijn wekkerradio gaat,  hoor ik over IS,  en de oorlog in Irak en Syrië. Zo ook op de ochtend dat ik deze meditatie schrijf: We sturen een paar F 16’s! En de Belgen ook!  We kunnen wat doen! Alles beter dan dat  beklemmende gevoel van machteloosheid…   Daarna vertelt de nieuwslezer over verkeersongevallen in de mist. Ebola en de Oekraïne zijn kennelijk weer een beetje uit. Maar de ellende in Afrika en aan de grens van Rusland zijn bepaald niet voorbij.  – Het nieuws lijkt vaak wel een vervolgverhaal met altijd hetzelfde liedje. Het lied van oorlogen, honger, ongelukken, ellende.

Veel mensen zijn bang. Het duister neemt toe. Miljoenen mensen – overal ter wereld – weten niet wat de toekomst brengen zal. Dat gevoel is in een vluchtelingenkamp in Libanon en Turkije en in de streken waar ebola rondwaart wel wat anders dan hier in Noord Holland. Maar ook in onze streken weten sommige mensen niet of er de komende dagen wel voldoende eten zal zijn. Ja, ze weten dat het er niet zal zijn – en dan prangt de vraag: komt er ooit een kentering, een  verandering  ten goede? Zal er ooit een tijd zijn dat we weer grond onder de voeten hebben, een dak boven het hoofd, beschutting – en uitzicht op  betere tijden? En als je psychisch of lichamelijk lijdt en het perspectief is zoek: wanneer valt er weer licht in het donker?

Vragen als deze zijn van alle tijden. Ook in Jezus’  dagen had men er mee te kampen. Er was armoede, onderdrukking, onrecht – oorlog vaak. En ook al waren er momenten dat de dingen een keer ten goede leken te nemen, tijden van hoop – altijd weer nam ‘het oude liedjehet weer over. Het lied van een  herfst die overgaat in een koude, natte winter. – Echter verandering was er niet. Waar gaat het dan naar toe met de wereld?

Jezus sprak hierover met de mensen van zijn tijd. En hij wees op zo’n kale boom. Hij verliest zijn blad in de winter, zei Hij, maar als je goed kijkt zie je ook al knoppen. Knoppen die wachten op het voorjaar. Ja, eigenlijk verwacht die kale boom dat het weer anders worden zal, dat het warme licht het zal winnen van het donker en de kou. Onzichtbaar, onder de schors, zijn er krachten die die verwachting wekken, de krachten van geloof, hoop en liefde – die alles te maken hebben met een besef van verbondenheid met God.  Met Gods onzichtbare wereld, die in zijn liefde met alles en iedereen betrokken is, – en die mens en wereld terecht zal brengen, in vrede, in het Licht. Zelfs het kwaad wordt  door Hem ten goede gedacht,  de tranen zullen worden afgewist.

Die wereld komt ons tegemoet. Zoals zonnestralen in het voorjaar de wachtende boom. Dwars door het donker heen wordt het Licht geboren dat alles en iedereen omvat en zal omvatten. Dat vieren we straks met Advent  (=naderende komst) – de weken voor Kerst. En wie nu al door dit Licht geraakt wordt, zingt een nieuw lied. Die staat op, worden weer mens.

 

Licht, ontloken aan het donker

Licht, gebroken uit de steen,

Licht, waarachtig levensteken,

Werp uw waarheid om ons heen.

 

Licht, geschapen, uitgesproken,

Licht, dat straalt van Gods gelaat,

Licht uit licht, uit God geboren,

Groet ons als de dageraad.

 

Licht, aan liefde aangestoken,

Licht, dat door het donker brandt,

Licht, jij lieve lenteboden,

Zet de nacht in vuur en vlam!

 

(Sytze de Vries, Lied 600 uit Het nieuwe Liedboek)

sep 112014
 

Winterwerk – Jaarthema: Wie ben je?

Het winterwerk staat dit seizoen nadrukkelijk in het teken van elkaar en anderen ontmoeten, samen ‘dingen’ delen,  naar elkaar luisteren en met elkaar praten. En samen iets gaan doen: Wie ben je? Waar sta je voor?  Jarenlang hebben we het erg druk gehad met zaken van organisatorische aard – die vaak te maken had met de toekomst van onze kerkgemeenschap. Om maar iets te noemen: in januari begon onze derde koster-beheerder na het vertrek van Henk en Ria Haaima. Met de komst van Wilma Gispen is de zaak weer aardig stabiel. Onze gebouwen zijn ondergebracht in een stichting. We weten hoe we als kerkgemeenschap verder willen – zolang mogelijk zelfstandig, in ons eigen gebouw, maar ondertussen wel samenwerken met omliggende gemeenten op terreinen waar je zelf te klein voor bent. En proberen contact te onderhouden met de omgeving, de mensen om je heen, die misschien geen kerklid zijn, maar met wie je samen leeft en als zodanig aan de samenleving bouwt. We willen geen in zichzelf besloten gemeenschap zijn.

Dit zijn eigenlijk allemaal punten, die ook al voorkwamen in het beleidsplan dat er lag, toen ik 6 jaar geleden al weer als predikant in Krabbendam e.o. mocht beginnen. Er is dus best een hoop gebeurd, er zijn een paar duidelijke lijnen uitgezet. Nu is het tijd om te stabiliseren en de kerkenraad vindt het daarom belangrijk dat nadruk te leggen op het samen bouwen aan de gemeenschap. Daarom liggen we nadruk op bezoekwerk en ontmoeting. Nadruk op het samen bespreken en delen van zaken waar je mee zit. Dingen waar je in je dagelijks leven mee te maken hebt. Ik noemde hierboven al het gevoel van angst en onmacht dat bij veel mensen leeft vanwege de ontwikkelingen in de wereld. Wat kun je daar als positiefs tegenover zetten? Delen helpt. Er bestaan niet voor niets gezegden als ‘Gedeelde vreugd is dubbele vreugd; en gedeelde smart is halve smart’. Wat het hebben  zorgen en verdriet hebt betreft,  ik ken iemand die een zoon verloren heeft – en zij zegt telkens weer: delen is helen. Ik geloof daarin en ik geloof dat God daarin ook werkzaam is. Hij zet mensen weer overeind. We kunnen met onze zorgen delen met elkaar, maar tegelijk ook met Hem. Iedereen weet hoe het op kan lucht, dat je bepaalde lasten kwijt kunt. Dan kun je weer verder.

Daarom organiseren we dit jaar weer ontmoetingsavonden. Er kunnen verschillende thema’s aan de orde komen – beslissend is wat u en wat jullie een belangrijk thema vinden om over te praten met elkaar. Denk  daar a.u.b. over na. Wanneer je een onderwerp of thema hebt, stuur het me per mail, leg het in mijn postvakje in de kerk, of vul het in op een van de papieren die op de startzondag 14 september om het Trefpunt zullen liggen (mijn e-mailadres: monsma.p@quicknet.nl).

Zelf hoop ik dit seizoen alle gemeenteleden weer een keer persoonlijk te bezoeken. Verder noemde ik al het idee om dit seizoen een gezellige bijeenkomst te houden met alle mensen die ‘iets doen’ in onze gemeenschap, de vrijwilligers – zodat je weet welk gezicht bij welke naar hoort. Er spannen zich veel meer gemeenteleden en niet-gemeenteleden met hart en ziel  in voor het reilen en zeilen van ons kerkje, dan je zondags tijden de viering ziet. Het is goed en gezellig, om elkaar dan op een andere moment en een andere manier te spreken.

Met de kindernevendienst willen we op een nog af te spreken datum een gezinsdienst houden. Waarschijnlijk gebeurt dit op Palmpasen,  29 maart 2015. Er komt een zangdienst – met Bert Huijbers die dan onder andere  mooie maar nog onbekende liederen uit het nieuwe liedboek gaat oefenen. En het ligt in de bedoeling samen kerkdiensten voor te bereiden. De onderwerpen komen vanzelf wel naar voren op de ontmoetingsavonden. Verder zal er – bij voldoende belangstelling – bijbelstudie worden georganiseerd.

Jongeren

In de maand juni hebben Wilma en ondergetekende met een aantal jongeren gesproken over hun wensen en behoeften inzake het winterwerk. Uit dat gesprek kwamen verschillende dingen naar voren. Samen een film kijken, bijvoorbeeld, of met een groep naar een ‘event’. Vorig jaar zijn er verschillende mensen mee geweest naar  ‘The Passion’, het lopen van de kruisweg van Jezus, dat wordt uitgezonden op de televisie. Theo de Graaf uit Dirkshorn had een bus geregeld.

Samen met Dirkshorn doen we ook allerlei activiteiten. Volgend jaar jullie is er een werkvakantie in Moldavië, voor jongeren van pakweg 14 tot en met in de 20. Op dit moment zijn er acht jongeren die er serieus over nadenken en daar zijn ook jongelui uit Krabbendam bij. Het hele seizoen door bereidt de groep zich voor op de reis en het werk. Want ze moeten de ‘vakantie’ zelf bekostigen. Daar werken ze voor, maar ze zoeken ook sponsors. We zullen nog wel van dit project horen. Hieronder vindt u een apart stukje informatie over deze werkvakantie.

In Dirkshorn draait ook een gespreksgroep voor jongeren van ongeveer 20 jaar en ouder. Die komt één keer in de twee weken op een dinsdagavond bij elkaar. Wie daarvoor belangstelling heeft: neem rustig contact met me op.

Werkvakantie Moldavië

Door de kerk van Dirkshorn wordt een werkvakantie georganiseerd. Een groep jongeren waarvan de jongste momenteel 14 is en de oudste 23 gaat in de zomervakantie van 2015 naar Moldavië. De groep vertrekt op  4 juli volgend jaar – en op dat moment moet je 15 jaar oud zijn. De precieze bestemming is op dit moment nog niet bekend,  maar daar neemt de groep een project op zich. Dat kan zijn bouwen of het organiseren van kinderactiviteiten. Veel kinderen in Moldavië verblijven lange tijd in een soort opvang, omdat hun beide ouders ver weg geld proberen te verdienen.

Maar  het gaat ook om ontmoeten, samenwerken, inspireren. Je ontmoet de lokale bevolking, je maakt kennis met een leven met veel minder luxe dan wij gewend zijn. En je leert andere jongeren beter kennen. Er wordt niet alleen gewerkt – er is ook tijd voor ontspanning.

Dit alles gebeurt onder de vlag van de christelijke organisatie Livingstone.  Livingstone regelt de reis. Er gaat ook een aantal ‘volwassenen’ mee.

De werkvakantie duurt 14 dagen en er zit een kostenplaatje aan vast. De reis kost zo’n €1200,- per persoon. Dat geld moet in de tussenliggende maanden verdiend worden. Bijvoorbeeld door acties en het zoeken van sponsoren.

De reis naar Moldavië zelf kost €1120,- en daar komen dan nog kosten bij voor inentingen, een paspoort als je dat nog niet hebt en een reisverzekering. Het zal in totaal gaan om een bedrag van rond de €1200, misschien wat meer – dat hangt af van hoe je verzekerd bent e.d.

Die sponsoracties en ook de reis zelf moeten  natuurlijk voorbereid worden. Daarom komt de groep 1 keer per maand bij elkaar – met het groepje volwassenen dat meegaat.  Er wordt van alle deelnemers gevraagd zich in te zetten voor die acties. Maar op die manier kun je samen een onvergetelijke ervaring realiseren.

Wanneer de reis door wil gaan, moeten er minimaal 8 jongeren mee. Je moet dat weten vóór 14 september. Maar er kunnen er mee bij!

Op woensdag 27 augustus was er in Dirkshorn een voorlichtingsavond door iemand van Livingstonereizen. Ik kreeg een erg goede indruk van de organisatie Zij hebben ervaring met Moldavië – het is een veilig land.  De organisatie heeft regelrecht contact met buitenlandse zaken: wanneer er iets mis is met de veiligheid in de regio, gaat de reis niet door – of wordt verplaatst. Veiligheid gaat voor alles. De goede aanpak blijkt ook uit de manier waarop de reisleiders uit onze omgeving worden gescreend  (dat moet goed zitten), de afspraken die gemaakt worden, de manier waarop de projecten worden uitgekozen (altijd dicht bij een goed ziekenhuis, om maar wat te noemen),en alles in overleg met een team van de landelijke kerk in Moldavië, waar ook een Nederlander deel van uitmaakt.

Meer informatie vind je op www.livingstonereizen.nl

Je kunt altijd contact opnemen met Laura Sytsma ( laurasytsma@gmail.com) of met ds. Yvonne van Benthem, beiden uit Dirkshorn   (yvonnevanbenthem@gmail.com). En uiteraard kun je ook bij ds. Monsma terecht (monsma.p@quicknet.nl of 0227-501508)

sep 112014
 

Het was een rare zomer. Je ziet uit naar zon en vakantie – naar ontspanning. In de kranten en op het nieuws is er in juli en augustus meestal spraken van ‘de komkommertijd’. Er gebeurt niet veel, zo lijkt het dan wel. Maar daar was de afgelopen maanden bepaald geen sprake van. Wat raast er een wreedheid,  een geweld en een narigheid over de wereld.   De oorlogen  in de Oekraïne, de terreur  in Syrië en Irak, Israël en Gaza. De uitbraak van ebola in Afrika. Tussendoor een aardbeving in China, een vloedgolf hier en daar. En vlucht MH-17… Iedereen kent bijna wel iemand die een familielid of bekende verloren heeft, toen het vliegtuig door een raket uit de lucht werd geschoten.

Ik merk dat veel mensen bang zijn. Bang voor wat ons boven het hoofd hangt. De economische crisis in nog niet eens voorbij, of er lijkt een  crisis aan te komen die de wereld wel eens in brand zou kunnen steken. Regeringen lijken onbetrouwbaar: is een organisatie als ISIS niet in het leven geroepen omdat allerlei grootmachten daar belang bij hadden? En zit men nu met een afschuwelijk monster. En terroristen gaan graag dood voor het doel dat zij zichzelf gesteld hebben. En dat doel heiligt alle middelen. Wat kan er dan niet gebeuren?  Ja, wat gebeurt er al niet aan vreselijke dingen!

Bijna tweeduizend jaar geleden sprak Jezus woorden die weer heel actueel lijken (Mattheüs 24:6-8).Jullie zullen berichten horen over oorlogen en oorlogsdreiging. Laat dat je dan niet verontrusten, die dingen moeten namelijk gebeuren, al is daarmee het einde nog niet gekomen. Het ene volk zal tegen het andere ten strijde trekken en het ene koninkrijk tegen het andere, en overal zullen er hongersnoden uitbreken en zal de aarde beven: dat alles is het begin van de weeën.’

Deze woorden werden gesproken voor de mensen van toen. Om ze moed in te spreken. Het gaat hier naar mijn mening  niet zozeer om een voorspelling, die een keer zal uitkomen. Dat de wereld zal vergaan enzovoort. Het gaat om dingen die telkens weer gebeuren in de geschiedenis: oorlog en ellende. Weliswaar staat er dat zinnetje: deze dingen moeten gebeuren. Maar dat moeten betekent niet dat God dat  wil of zoiets. Het betekent eerder: hier moeten we doorheen. Want vervolgens staat er: dit is het einde niet.

Weer zo’n lastig vertaalbaar woord: ‘het einde’. Letterlijk staat er in het oorspronkelijke Grieks iets als: dit is het doel niet, dit is de eindbestemming niet. Jezus vergelijkt de pijn en de ellende waar mens en wereld doorheen moeten met de weeën van een vrouw die een kind krijgt.  Dwars door alle pijn en moeite heen wordt er nieuw leven geboren. Een kind. Nieuwe toekomst. En wanneer dat  ‘kind’ er is, ben je de pijn (meestal) snel vergeten.

Het zal een keer afgelopen zijn met de ellende, staat hier in Matthéüs.  Het zal een keer afgelopen zijn met al die oorlogen, dood en verderf. God maakt alles nieuw, zegt Jezus. Hij laat je niet vallen! Dus: houd vol, om het goede te doen. Laat je niet verlammen door angst en machteloosheid. Heb vertrouwen, geloof daarin!

Wat kunnen we doen, als mensen die wonen op het platteland van Noord-Holland, in een wereld vol geweld en bedrog? Ik denk dat  het goed is om het om te draaien. Er lijkt een groot monster tegenover je te staan – en dat is het ook. Dan voel je je klein en onmachtig. Maar dat monster kan worden weerstaan door iets heel kleins: het zaadje van geloof, hoop en liefde. Door schijnbaar kleine dingen te doen – vanuit liefde. Dat zaadje kan uitgroeien tot een boom, zegt Jezus ergens anders, waar alle vogels van de hemel , dat wil zeggen alle mensen, met al hun verschillen, een veilig plekje zullen kunnen vinden.

Om als tamelijk onmachtige mensen op het platteland van Noord-Holland van het beklemmende gevoel over het wereldgebeuren af te komen:  je hoeft daarvoor vaak alleen maar met elkaar in gesprek te gaan – open voor wie je medemens is. Je hoeft soms alleen maar een naaste in moeilijkheden, die op je weg komt, te helpen. Concreet, of door  gewoon te luisteren… En je mag bidden, alleen en samen, om alles wat je naar beneden drukt en bang maakt aan God voor te leggen. Dat soort dingen kan alles in een ander licht zetten. Dat kan letterlijk iets van vrede geven, in je hart en onder elkaar. Geloof, vertrouwen in de overwinning van de liefde en de verbondenheid. Zulk vertrouwen, die nieuwe hoop brengt je weer in beweging.

Je beseft dan nog steeds: We moeten samen ergens doorheen. Maar er zal toekomst zijn. Door God en bij God. En vanuit dat besef kun je hier en nu leven, ontspannen, lachen, genieten. Want het geweld, de ellende, de hufters, ziekte en dood – die hebben niet het laatste woord.

Ds. Piet Monsma

mei 272014
 

In de week voor vijf mei had ik vakantie. Mijn vrouw en ik  stonden met de caravan op een minicamping vlakbij Deventer, aan de IJssel. Daar was het heerlijk rustig. Je kon zo het bos inlopen, met hoge beuken en eiken – net in het groen. In de sloot vlakbij zwommen duizenden kikkervisjes. In de holte van een dode boom zat een bonte specht te broeden. En soms hoorde je uit de tent van een gepensioneerde hippie muziek van Bob Dylan klinken. Met alle hoop op betere tijden die de wereld in de 60-er jaren had. The times they are changing. Maar ondertussen bleven ook berichten over de Oekraïne doorkomen. Je zag de immense haat van strijders op de barricades. We hoorden van de  meisjes die ontvoerd waren in Nigeria. En de media begonnen zich te richten op vier en vijf mei. Op de vierde mei zou er een programma op de televisie komen over kinderen in het concentratiekamp van Theresiënstadt, die muziek maakten – om zo het leven een beetje draaglijk te maken.

Wij genoten van de vrijheid, van de natuur – van ontmoetingen met leuke mensen. Maar ondertussen besef je: dit is wel bijzonder. Vrijheid, welvaart, vrede zijn niet vanzelfsprekend. Het kan zo verloren gaan. – Het kan je bang maken, die berichten uit Rusland, Nigeria, de berichten over geradicaliseerde strijders die uit Syrië weer naar Nederland terugkomen.

Op een gegeven moment reden twee motorrijders de camping op. Ik zag de gepensioneerde hippie denken: wat gaat er nu gebeuren? Is het nu afgelopen met de vrede en de rust? Ze zetten een tentje op, de motoren ernaast, en gingen een hapje eten aan één van de houten picknicktafels die er stonden. ’s Avonds maakte ik een praatje met hen. Hij was leraar op een middelbare school. Zij werkte in het reclamewezen. In hun vrije tijd hielden ze zich bezig met muziek en kunst. En daar hebben ze een bedoeling mee: mensen bij elkaar brengen. Ze hebben contacten in heel Europa, in Turkije en in Israël en Palestina, met jongeren en ouderen die hetzelfde nastreven: dat mensen zich verenigen in de goede zin. Niet met een eigen clubje tegen anderen. Maar over de grenzen en verschillen heen. Zo vertelden ze over joodse en palestijnse jongeren, die met elkaar muziek maken – en overal ter wereld optreden. Alleen niet in Israël en Palestina: daar is hun boodschap van vrede te bedreigend…

De motorrijders, Marcel en Nicole, maken ook schilderijen. Ze kijken naar het journaal – naar berichten en beelden waar je vaak niet blij van wordt.  ‘Er komt daarmee zoveel over je heen’, zeiden ze, ‘dat je soms alleen de ellende nog ziet. Maar bijna niet meer dat het allemaal mensen zijn die het overkomt en mensen die elkáár de raarste dingen aandoen’. Zij nemen dan één sprekend beeld, tekenen dat over, en schilderen het op een groot doek, zwart, tegen een prachtige rode achtergrond. Met daaronder de vraag: hoe zijn wij eigenlijk bezig?

Eén schilderij trof me in het bijzonder. Daarop stond een meisje ergens in Syrië. Ze was gefilmd in een vluchtelingenkamp, of  in een kapotgeschoten stad. Ze had haar handen omhoog, op de manier zoals een priester of predikant doet, wanneer hij bidt: open naar boven. In dit geval: open naar de medemens. In haar handen stond geschreven: Notice me. Zie me!

Op zondagmiddag 4 mei kwamen we weer thuis. Een uurtje na de dodenherdenking  belde ik mijn moeder van 85. Ze had de TV uitgedaan, zei ze. Ze kon het niet aanzien, de documentaire over de vermoorde kinderen van Theresiënstadt en het nieuws over al dat  andere geweld dat maar doorgaat. Ik vertelde haar van het project van de twee kunstenaars, die mensen met elkaar willen verbinden. Over het schilderij van het meisje. Over haar gebed. ‘Dat is goed!’, zei ze. ‘Die dingen gebeuren natuurlijk ook!’ Ja, zulke goede dingen gebeuren ook. Het gaf haar weer ruimte. – Dat goede komt van mensen die elkaar zien staan. Het komt tegelijk van  de Geest van God, die mensen elkaar doet verstaan. Die ons een levend hart geeft en nieuwe ogen (Oosterhuis). Met Pinksteren vieren we het feest van zijn aanwezigheid.